Ga naar hoofdinhoud
Bouwtechniek, Daken

Geen geld vanwege lekkende dakkapel


Na oplevering van verbouwingswerkzaamheden aan een woning laat de opdrachtgever een deel van de meerwerkfactuur onbetaald. Hij claimt niet met geld over de brug te hoeven komen, omdat de lekkage bij de dakkapel nog niet naar behoren is verholpen. De aannemer eist ‘zijn’ 4.614,47 euro in de rechtzaal op.

Lekkages
Bij bezichtiging van de dakkapel aan de voorkant van de woning constateert de arbiter dat zich in de beide hoeken van de opbouw in het verleden lekkages hebben voorgedaan. Zowel de aannemer als de opdrachtgever bevestigen dat. De aannemer heeft in het verleden inderdaad reparaties uitgevoerd om de lekkage bij de dakkapel te verhelpen. Maar dat is volgens de opdrachtgever slechts gedeeltelijk gelukt. De lekkage aan de linkerkant van de vensterbank is weliswaar hersteld, bij wind uit een bepaalde richting doet zich nog steeds lekkage voor aan de rechterkant van de vensterbank. De arbiter kan echter geen recente lekkagesporen ontdekken. Het houtwerk aan de dakkapel is droog, en ook het vrijgemaakte isolatiemateriaal vertoont geen sporen van vocht.
Voor zover nog sprake is van een lekkage – hoe hinderlijk de opdrachtgever die ook ervaart – overweegt de arbiter dat deze niet in verhouding staat tot het verschuldigde bedrag van de meerwerkfactuur à 4.614,47 euro. Dat de opdrachtgever deze niet wil betalen, is dan ook niet gerechtvaardigd. Hij moet gewoon uitkeren.

Spoedig herstellen
Aangezien de dakkapel deel uitmaakt van de aannemingsovereenkomst is de aannemer verplicht een eventuele lekkage aan de opbouw te verhelpen. Dat vindt de vakman geen enkel probleem. Hij geeft aan na betaling van de meerwerkfactuur en bij het opnieuw voordoen van een lekkage deze zo spoedig mogelijk te herstellen. Aangezien de opdrachtgever geen gemotiveerd verweer heeft gevoerd tegen de door de aannemer gevorderde incassokosten à 10 procent en wettelijke rente verhoogd met 2 procent, wijst de arbiter deze toe. De opdrachtgever betaalt 10 procent van de verschuldigde hoofdsom (461,45 euro) aan incassokosten, en uiteraard het verschuldigde bedrag à 4.614,47 euro. Ook de proceskosten van 1.750 euro komen voor zijn rekening, evenals een tegemoetkoming in de kosten van rechtsbijstand aan de kant van de aannemer à 1.200 euro.

Geschilnummer 29.632

Tekst: Viola Huurnink

Tekening: Pennestreek

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van het laatste nieuws uit de bouwtechniek.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.