Ga naar hoofdinhoud

Steden beschermen tegen extreem weer kost minimaal 42 miljard euro

De totale kosten om Nederlandse steden tot 2050 te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering bedragen 42 tot 83 miljard euro. Als er geen maatregelen worden genomen bedraagt de schadeverwachting tot 2050 als gevolg van extreem weer 36 tot 62 miljard euro. Dit heeft ingenieursadviesbureau Sweco berekend in haar rapport ‘Naar een kosteneffectieve aanpak van klimaatadaptatie in Nederland’, dat Sweco op de Vakbeurs Klimaat in Houten presenteert.

Voor het eerst is inzichtelijk gemaakt wat de totale kosten van maatregelen zijn om Nederlandse steden aan te passen op klimaatverandering in relatie tot de schadeverwachting. Hierbij is gekeken naar de maatregelen en schademechanismes voor wateroverlast, hitte en droogte.

Conclusies rapport

De belangrijkste conclusies uit het rapport zijn:

  • De totale kosten van de maatregelen om schade als gevolg van extreme weersomstandigheden te voorkomen bedragen 42 tot 83 miljard euro, afhankelijk van het gehanteerde klimaatscenario.
    • Per inwoner gaat dit om een bedrag van ca. 75 tot 150 euro per jaar.
    • Met deze maatregelen wordt de verwachte schade niet naar nul terug gebracht. Er blijft een restopgave over voor weerssituaties die extremer zijn dan waarmee nu rekening is gehouden bij maatregelen
  • Tot 2050 kunnen de Nederlandse steden een maximale schade van ca. 36 tot 62 miljard euro verwachten als gevolg van extreme weersomstandigheden, afhankelijk van het gehanteerde klimaatscenario.
    • Per inwoner gaat het om zo’n 65 tot 115 euro per jaar.
    • Het gaat hierbij o.a. om schade als gevolg van wateroverlast in woningen, straten en sporen, de daling van arbeidsproductiviteit en de toename van ziekenhuisopnames en sterfgevallen door hittestress en de schade aan houten paalfunderingen en wegen door droogte.

Lastenverhoging onvermijdelijk

Alex Hekman, Business director Water van Sweco: ‘Uit onze berekeningen blijkt dat de kosten voor maatregelen bij een hoog adaptatieniveau op landelijk niveau vergelijkbaar of hoger uitvallen dan de vermeden schade. Hoe dan ook leiden de enorme bedragen voor maatregelen onvermijdelijk tot lastenverhoging voor burgers en bedrijven. Het is daarom verstandig om bij het opstellen van lokale uitvoeringsprogramma’s onderzoek te doen naar de kosteneffectiviteit van maatregelen. Wanneer structurele maatregelen niet kosteneffectief zijn, kunnen gemeenten overwegen om te kiezen voor een lager adaptatieniveau waarmee schade van de meest extreme situaties wordt geaccepteerd, of kan de gemeente kiezen voor het toepassen van goedkopere nood- of herstelmaatregelen, of bijvoorbeeld het inrichten van een herstelfonds.’

Maatregelen tegen extreem weer

Het rapport noemt drie soorten problemen die door de gevolgen van klimaatverandering kunnen ontstaan: wateroverlast, oververhitting en funderingsproblemen door daling van de grondwaterstand. Daarbij noemt het rapport de mogelijke oplossingen. Om wateroverlast te voorkomen hebben bovengrondse groene maatregelen de voorkeur. Zoals het weghalen van stenen uit tuinen en het verlagen van groenstroken zodat water daar tijdelijk kan worden geborgen. Deze maatregelen zijn relatief goedkoop. Een andere optie is het aanpassen van de straten, zodat ze water op kunnen slaan. Daarna komen relatief dure en ingrijpende ondergrondse maatregelen, zoals het vergroten van riolen en aanleggen van bergbezinkbassins. Oplossingen om oververhitting tegen te gaan zijn het planten van bomen, aanleggen van groene daken, of het wit schilderen van daken. Wat het effect van deze maatregelen is, is lastig in te schatten omdat er geen rekenmodellen zijn die dit goed kunnen doorrekenen. Op basis van verkennende berekeningen is ingeschat dat ongeveer 25% van platte daken in Nederland groen of wit moeten worden gemaakt om de temperatuur 1 graad naar beneden te brengen. Om funderingsschade door daling van de grondwaterstand te voorkomen, kunnen DIT-riolen worden aangelegd. Dit zijn riolen die water kunnen draineren en infiltreren om grondwaterstanden te stabiliseren.

Oproep voor landelijke ontwerprichtlijnen

Sweco werkt voor bijna alle Nederlandse gemeenten. Het ingenieursadviesbureau observeert dat klimaat-adaptieve nieuwbouw en herstructurering maar moeizaam op gang komt. Een belangrijke oorzaak is in Sweco’s ogen het ontbreken van landelijke ontwerprichtlijnen. Hierdoor ontstaat het risico dat in het aankomende decennia onnodig extra kosten moeten worden gemaakt. Ook ontstaan voor burgers en bedrijven grote verschillen in het adaptatieniveau. Dit is een onwenselijke ontwikkeling. Sweco doet daarom een oproep voor het vaststellen van een landelijk minimaal adaptatieniveau dat als vertrekpunt geldt voor nieuwbouw en herstructurering.

Steeds groter risico

Alex Hekman: ‘Ondanks de grote aandacht voor klimaatverandering vindt er, in een groot deel van de projecten waarbij wij betrokken zijn, nog altijd een weinig concrete doorvertaling plaats naar een klimaat adaptief ontwerp. Er ontstaat een steeds groter risico dat wijken die vandaag gebouwd worden in de komende decennia tegen hogere kosten alsnog aangepast moeten worden. Een landelijk minimaal adaptatieniveau voor nieuwbouw en herstructurering, dat ruimte laat voor lokaal maatwerk, kan de aanpak van klimaatadaptatie versnellen.’

Verder lezen:

De voor- en nadelen van een groendak
Waarom waterberging belangrijk is
Lekkende stadstuin nu volledig verkleefd
Waterberging voedt beplanting
Groene Tornado vergroent Nederlandse schuurdaken
Waterafvoer dak binnen strikte grens
Kat in Nood onder doordacht groendak
Polderdak dient milieu en bewoner

Blijf voorop in de bouw met de Bouwwereld nieuwsbrief

Ontvang elke week het laatste (product)nieuws, trends en ontwikkelingen over bouwtechniek in je mailbox. Sluit je aan bij 16.000 bouwprofessionals en mis niets!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.