Bedrijven die gespoten purschuim in kruipruimtes aanbrengen moeten vanaf 1 januari 2019 foto’s maken van een aantal werkzaamheden tijdens en na afloop van het verwerkingsproces. Deze foto’s hebben specifiek betrekking op onderdelen van het proces die verband houden met het veilig aanbrengen van het materiaal. Het doel hiervan is iedere twijfel weg te nemen of deze handelingen zijn uitgevoerd. Bedrijven doen dit al sinds 1 juli dit jaar op vrijwillige basis, maar met ingang van volgend jaar wordt het opgenomen in de relevante beoordelingsrichtlijnen. Hierdoor wordt het voor de bedrijven een verplicht onderdeel van de werkzaamheden.
De nieuwe maatregel is tot stand gekomen op initiatief van het Kennisplatform Gespoten PURschuim, dat alle betrokken bedrijven in de industrie vertegenwoordigt. Volgens het platform heeft gespoten purschuim – mits zorgvuldig en volgens de richtlijnen aangebracht – geen gezondheidsrisico’s. Ook blijkt volgens de organisatie in de praktijk dat de richtlijnen goed worden nageleefd.
Beter zichtbaar
Niettemin wil het Kennisplatform het verwerkingsproces beter zichtbaar maken. Daarom zijn de beoordelingsrichtlijnen die van toepassing zijn op gespoten purschuim (BRL 2131/1332) met ingang van 1 juli uitgebreid met het maken van foto’s tijdens en na afloop van het verwerkingsproces. Het gaat om foto’s van de volgende situaties:
- de (aangebrachte) ventilatieroosters;
- de houdbaarheidsdatum van het gebruikte materiaal;
- de verwerkingstemperatuur;
- het proefschuim;
- de doorsnede van het proefschuim;
- gebruik van afzuiging tijdens het sprayen;
- afdichting van de toegang rondom de afzuigslang;
- het luchtdicht afsluiten van de opening naar de kruipruimte na afloop van het sprayen;
- het aanbrengen van een waarschuwing op de toegang na afloop van het sprayen.
De colleges van deskundigen van SKG-IKOB en Insula Certificatie, de certificerende instanties die toezien op naleving van de beoordelingsrichtlijnen, hebben besloten dat de uitbreiding van de BRL’s in 2018 op vrijwillige basis gebeurt. Vanaf 1 januari 2019 is de nieuwe werkwijze verplicht en zal hierop door de certificeringsinstanties worden gehandhaafd.