De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel voor het verbod op asbesthoudende dakbedekking verworpen. Eerder deze dag paste Staatssecretaris Van Veldhoven het wetsvoorstel nog aan naar aanleiding van de geuite zorgen in de Eerste Kamer over de haalbaarheid en betaalbaarheid van het verbod.
Middels een brief aan de Tweede Kamer maakte Van Veldhoven kenbaar dat de ingangsdatum van het verbod in het was wetsvoorstel uitgesteld tot 1 januari 2028, in plaats 31 december 2024. Die aanpassing was gemaakt in de hoop dat Eerste Kamer het wetsvoorstel zou goedkeuren. Dat is dus niet gelukt, ondanks de toezeggingen van Van Veldhoven om de zorgen van de Eerste Kamer weg te nemen.
Tijdelijk uitstel
Een van die toezeggingen was de mogelijkheid voor gemeenten om tijdelijk uitstel op het verbod te verlenen tot 2030. Dat uitstel was bedoeld voor gevallen waar door geplande sloop, renovatie of verduurzaming in de tussenliggende periode van 2028 tot 2030 al rekening is gehouden met asbestsanering.
Financiering
Ook zei van Veldhoven toe om een bedrag van 5 miljoen euro beschikbaar te stellen voor mensen die de sanering niet kunnen betalen omdat ze bijvoorbeeld een AOW uitkering hebben of asbestleien op hun dak hebben liggen. De financiering zou zo veel mogelijk gekoppeld worden aan de verduurzaming van woningen. Ook zouden huiseigenaren met de financiering asbesthoudende gevelbeplating kunnen vervangen. Deze vervanging is overigens niet verplicht.
Het is nog niet duidelijk of en wanneer nieuwe regelgeving komt voor het verwijderen van asbestdaken.
Onjuiste publicatie. Het asbestverbod is niet uitgesteld tot 2028. Het is asbestverbod is (tijdelijk?) in geheel verworpen door de eerste kamer. Er is geen beslissing genomen over uitstel tot 2028.