TheNewMakers (TNM) begon in 2012 als een bedrijfje dat biobased meubels produceerde, maar is inmiddels uitgegroeid tot een bedrijf dat fabrieksmatig woningen en woninggerelateerde producten levert. De producten die TNM maakt, bestaan uit hergroeibare, biobased materialen. Het Uuthuuske, een betaalbare woning bedoeld voor tijdelijk beschikbare grondposities, heeft zelfs een negatieve carbon footprint. Oprichter Pieter Stoutjesdijk over zijn ambitie circulair bouwen en ontwerpen vanzelfsprekend te maken.
TheNewMakers werd in 2012 opgericht door Pieter Stoutjesdijk en heeft inmiddels veertig man in dienst plus een flexibele schil medewerkers. Gevraagd naar het geheim van het succes zegt Stoutjesdijk dat TNM met veel bloed, zweet en tranen gewerkt heeft aan het verwezenlijken van een droom: de bouwsector biobased maken. Het bedrijf werd namelijk opgericht vanuit het idee dat circulariteit belangrijk is en dat je, als je volledig digitaal gaat produceren met natuurlijke materialen, circulariteit een vanzelfsprekendheid kan worden.
Tien jaar geleden had zowat niemand het over circulariteit en houtbouw, zegt Stoutjesdijk. “Dat is nu wel anders. De laatste tijd zie je dat het begrip een enorme vlucht heeft genomen. Ook bij opdrachtgevers en dat heeft zeker bijgedragen aan ons succes.” Volgens Stoutjesdijk is houtbouw opeens hot and happening en zijn zelfs de hele grote aannemers gaan beseffen dat ze niet langer grootschalig in beton kunnen blijven bouwen.” In die zin liep TNM ver voor de troepen uit. En dat past ook bij de bedrijfsfilosofie: een van de koplopers van de bouwsector blijven.
Mainstream
TNM was er dus vroeg bij als het gaat om toepassing van biobased bouwmaterialen en nadenken over circulariteit. Gevraagd naar wat er volgens hem over tien jaar mainstream is, meent Stoutjesdijk dat het om data van producten zal gaan. “Nu roept iedereen: ‘We zijn helemaal circulair. We passen houtbouw toe’, en het woord circulariteit wordt te pas en te onpas gebruikt. Als we niet oppassen wordt het een even loze kreet als duurzaamheid die, in een poging tot greenwashing in en buiten de bouw, overal opgeplakt wordt. We moeten voorkomen dat het met circulariteit dezelfde kant opgaat.”
Data zijn dan een prima remedie. Stoutjesdijk wijst in dat verband op het feit dat er steeds meer onafhankelijke meetmethodes opkomen om de data uit de producten te kunnen halen, waarmee je objectief kunt valideren hoeveel gram CO2 een bouwproduct opslaat en hoe losmaakbaar het in de praktijk is. Dergelijke gegevens moet je volgens hem kunnen waarderen op een schaal met getallen. Het belang van die data is dat je als opdrachtgever onafhankelijk van de marketingpraatjes van fabrikanten kunt bepalen hoe losmaakbaar concept A is vergeleken met concept B en wat de carbon footprint van materialen werkelijk is.
Harde getallen
Met data – weet Stoutjesdijk – kun je op basis van harde getallen sturen in het ontwerpproces en in de engineering. “Wij doen dat bijvoorbeeld al met CO2-impact. Wij willen zoveel mogelijk CO2 in onze ontwerpen opslaan en dan maakt het nogal wat uit of je aluminium of een snelgroeiende houtsoort toepast in de gevel.” Hij voegt eraan toe dat er ook steeds meer data beschikbaar zullen komen ten aanzien van de CO2-uitstoot van productieprocessen, die aannemers en architecten zelf kunnen gebruiken.
TNM doet zowat alles in eigen beheer. “Wij maken zelf onze tekeningen en produceren met CNC-machines in onze werkplaats in Ridderkerk. Op basis van de software waarmee we werken, weten we exact hoeveel seconde freestijd de productie van onderdelen kost en wat de CO2-uitstoot van het productieproces is. Die data zijn onmisbaar als je de uitstoot wilt managen en zoveel mogelijk CO2 wilt vastleggen in je producten.”
Disrupten
TNM is destijds opgericht met als doel de bouw te ‘disrupten’, zoals op de website te lezen valt. En dat is aardig gelukt volgens Stoutjesdijk. “Wij willen disrupten, maar tegelijkertijd ook de grote spelers helpen transformeren. Als een aannemer zoals Kodak klassieke fotorolletjes blijft ontwikkelen, dan bestaat dat bedrijf over tien jaar waarschijnlijk niet meer. Maar als het bedrijf mee wil in de duurzame transitie, dan kunnen wij helpen.” Als voorbeeld noemt hij TBI dat momenteel houten woningen maakt in CLT. TNM assisteert TBI bij de ontwikkeling van die woningen en levert het volledige inbouwpakket. “We hopen dat we op die manier de grote vooruitstrevende bouwers meekrijgen met de transitie en dat we daarmee onze impact als relatief kleine speler kunnen vergroten. Juist door samen te werken.”
Architecten
Een derde van het kantoorteam bestaat uit architecten. Een bewuste keuze. “Wij zien onszelf als architecten die de bouw disrupten. Als architecten die ook gaan bouwen en niet als bouwers die ook architectuur gaan doen. De architectonische kwaliteit van onze producten vinden we dan ook heel belangrijk. Daar komt nog bij dat een architect juist dat omdenken heel goed beheerst. Je creativiteit kun je toepassen op plattegronden, op materiaalkeuze, op detaillering, maar je kunt creativiteit ook inzetten waar het gaat om omdenken van engineering.”
Om verder te groeien, werkt TNM samen met partners die helpen in verkoop, assemblage en onderhoud van TNM-producten. “Je kunt redeneren dat we alles in Ridderkerk zelf gaan doen, van schets tot en met oplevering, maar dan blijft onze impact landelijk gezien heel gering. Daarom hanteren we de strategie dat we nieuwe concepten eerst in huis realiseren. We produceren een tijdje om alle eventuele kinderziektes uit een product te halen om het uitontwikkelde product dan op te schalen door met een grote partij te gaan samenwerken. Dat zijn zaken die je serieus moet nemen, wil je impact op de sector hebben. Dat doen we ook met assemblage en onderhoud, door samenwerking te zoeken met een netwerk aan lokale partijen.”
Natuurlijke materialen
TNM heeft een passie voor aantrekkelijke flexibele gebouwen, gemaakt van natuurlijke materialen. Die passie wortelt in het besef dat Stoutjesdijk al had tijdens zijn studie aan de TU Delft (in 2012 afgestudeerd in architectuur en bouwtechniek, red). Hij vond dat het helemaal anders moest. In zijn ogen was het op zijn zachtst gezegd raar dat de sector verslingerd was aan grondstoffen die eindig zijn, terwijl er heel veel mooie oplossingen mogelijk zijn in hergroeibare materialen.
Die ambitie is vanaf de start van het bedrijf een belangrijke uitgangspunt geweest. “En dan niet een heel klein beetje door voor een houten draagstructuur te kiezen, maar radicaal door de volledige doorsnede van de gevel, het dak en de vloer helemaal van biobased materialen te maken. En het kan supergoed. Vreemd eigenlijk dat het niet allang de standaard praktijk is.”
TNM weet dat de mens negentig procent van zijn tijd binnenshuis doorbrengt. Stoutjesdijk en zijn team willen dan ook van een huis de mooist denkbare en gezondste plek maken. “Persoonlijk word ik erg beïnvloed door mijn omgeving. Er zijn plekken waar je je meteen goed voelt, maar er zijn ook veel plekken waar dat niet zo is. Als je dan kijkt naar woningen die gemaakt zijn van hout, met veel daglicht en met natuurlijk ademende materialen, dan zijn precies dát de plekken waar je je thuisvoelt. Dat biobasedprincipe passen we toe in al onze producten. Welzijn staat bij ons hoog op de agenda.”
Productontwikkeling
TNM werkt voortdurend aan productontwikkeling. Als voorbeeld noemt Stoutjesdijk de Comfort- Cabin. Dit is een prefab badkamer die voor het grootste deel is opgebouwd uit biobased materialen die CO2 opslaan. Wat de unit bijzonder maakt, is de integratie met alle installaties. “De keuken, de badkamer, het toilet en de installatieruimte vormen daarmee de slimme kern die je in de woning zet. Dat kan onze eigen woning zijn, maar het past ook in bijvoorbeeld een casco van TBI.”
Voordeel van het concept, is volgens Stoutjesdijk dat de rest van de woning relatief lowtech kan blijven. Je hebt enkel nog een paar stopcontacten en lichtpunten nodig. De ComfortCabin zorgt voor het volledig verwarmen, koelen en ventileren van de woning. Verder zijn alle natte ruimtes erin geclusterd. “Dat is wat wij optimale integratie tussen ontwerp, engineering en productie noemen.”
Betaalbare woning
Met de zogenoemde Uuthuuskes introduceerde TNM een paar jaar geleden een betaalbare woning bedoeld voor tijdelijk beschikbare grondposities. Het gaat om een permanente woning met permanente kwaliteit die voldoet aan het Bouwbesluit voor permanente bewoning en die flexibel kan worden geplaatst. Uiteraard zijn deze woningen ook opgebouwd uit biobased bouwmaterialen en hebben ze volgens Stoutjesdijk een negatieve carbon footprint. De woning heeft, net als een permanente woning, een technische levensduur van vijftig jaar. Daarop is hij volledig geëngineerd, maar je kunt hem een aantal keer verplaatsen gedurende die vijftig jaar.
“Er zijn uiteraard meer tijdelijke woningen, maar als je daar door een architectenbril naar kijkt, dan zie je dat veel van die flexwoningen geen permante kwaliteit hebben vanuit de architectuur gezien. Wij leveren de Uuthuuskes als wijkjes die we Uutwijkske noemen.”
De woningen worden in een ochtend geplaatst. Ze hoeven alleen te worden aangesloten op nutsvoorzieningen. Inmiddels zijn meerdere projecten met deze woningen opgeleverd; één met twaalf stuks, een aantal kleinere projecten en er lopen een paar acquisities waar TNM bezig is met twintig stuks. Bij deze projecten verzorgt aannemer WAM&VanDuren de prefab assemblage en het onderhoud van de woningen. Het kleinste Uuthuuske bestaat uit twee units van rond de 55 m2, een woning voor starters. De prijs per stuk ligt volgens Stoutjesdijk rond de 125.000 euro. De grootse exemplaren meten 80 m2. De Uuthuuskes voldoen aan de PMC (Product Markt Combinaties, red.), de oppervlakte-eisen van woningcorporaties. Als het aan TNM ligt, kan het concept de komende jaren structureel gaan bijdragen aan het oplossen van het tekort aan betaalbare woningen.
Dit artikel is gepubliceerd in Bouwspecial Industrieel Bouwen 2022.