Ga naar hoofdinhoud

Architectonisch beeldhouwer Zoltán Varró

Zoltán Varró is geboren in Hongarije en volgt in Boedapest een opleiding in bouwkunde, restauratie en kunstgeschiedenis. Vanwege de liefde verhuist hij naar Nederland en in 1998 start hij zijn eigen restauratiebedrijf in Maasland. Zijn vakmanschap en materialenkennis zijn indrukwekkend. Hij restaureert en reconstrueert op ambachtelijke wijze hout, stucwerk, natuursteen en terrazzo en noemt zichzelf architectonisch beeldhouwer.

Aanleiding voor dit interview is de onlangs voltooide restauratie van het ontvangstgebouw op begraafplaats Kovelswade in Utrecht. Dat is gebouwd rond 1905 in Palladiaanse stijl. Het bestaat uit een centraal deel met koepel op een tienzijdige plattegrond bestemd als aula en aan weerszijden onder een schuine hoek twee rechthoekige wachtkamers. Het gebouw was na ruim een eeuw toe aan een flinke opknapbeurt want het interieur en de faciliteiten waren gedateerd. De wanden hadden een lichte groene tint en de deuren, plinten en vloer waren rood gekleurd. Vorig najaar startte de renovatie en vernieuwing van het gebouw onder leiding van hoofdaannemer De Bonth van Hulten, in opdracht van de gemeente Utrecht.

Schatzoeken

Een bijzonder element in het gebouw is de originele terrazzovloer, die in de loop van 120 jaar onder vele lagen lijm en tapijt uit het zicht was verdwenen. Toen een deel van het oude tapijt er vorig jaar uit werd gehaald, stuitte men eerst op vier andere vloerlagen voordat de originele vloer tevoorschijn kwam. De terrazzovloer met banden mozaïek erin was zwaar gehavend en er zaten flinke scheuren in. De vraag was of dit nog wel te restaureren viel. Alternatief was een nieuwe houten vloer eroverheen. De afdeling erfgoed van de gemeente adviseerde om materiaalmeester Zoltán Varró erbij te halen. “Dat kan ik zeker restaureren,” was zijn oordeel na een korte inspectie, “maar we moeten eerst de oorzaak van de schade zien te achterhalen. Als die oorzaak er nog is, moet je die wegnemen, want anders keert de schade terug. Dan heeft restauratie geen zin. De oorzaak voor de scheuren in deze vloer is niet duidelijk. Wellicht stond hier vroeger al een bouwwerk waardoor de vloer verschillend is ingeklonken. In elk geval hebben we vastgesteld dat de scheuren oud zijn en de beweging in de vloer is gestopt, dus is restauratie wel zinvol.”

Dagenlang bikte hij met hamer en beitel de lijmresten van de vloer. Daarna werkte hij met fijnere middelen. Een intensieve klus, maar voor Varró wordt het pas echt interessant als hij met restaureren kan beginnen. De grotere gaten in het terrazzo heeft hij uitgebikt en er bleek een bakstenen vloer op zand onder te zitten, met daarop een cementlaag. Hij heeft de cementlaag aangevuld met een epoxylaag en daarop nieuwe terrazzo aangebracht, waarvan de kleur en samenstelling het origineel zo dicht mogelijk benaderen. De beschadigde mozaïeksteentjes verving hij door nieuwe. “Vooral de rode steentjes waren beschadigd, die zijn van de marmersoort Rojo Alicante en veel zwakker dan het sterkere witte Carrara marmer. De zwarte steentjes zijn van de Belgische kalksteensoort Noir de Mazy, die bijna net zo hard is als Carrara”, legt Varró uit.

De dunne scheuren in het terrazzo heeft hij opgevuld met een zelf samengesteld mengsel dat iets onder het niveau van de terrazzo ligt. Dik vier weken was Varró in 2023 bezig om de vloer in ere te herstellen. Ook de rood geschilderde plinten heeft hij in originele staat teruggebracht: “Die zijn eveneens van de zwarte steensoort Noir de Mazy. Hier hebben ze deze diepzwarte steen ooit rood geschilderd. De stenen plint was hier en daar ook beschadigd door waterdoorslag. De oorzaak daarvan is weggenomen door de aannemer.”

Kintsugi

In februari 2024 keerde Varró terug naar Kovelswade om zijn werk aan de vloer te voltooien. Samen met de opdrachtgever is ervoor gekozen om de scheuren te repareren met een methode die is geïnspireerd op Kintsugi. “Kintsugi is een oude Japanse techniek. Gebroken aardewerk of porselein waar men aan gehecht is, een emotionele binding mee heeft, wordt daarbij met goud gerepareerd. De gerepareerde barsten blijven zo goed zichtbaar en dragen bij aan de schoonheid van het voorwerp. Zo bewijs je eer aan het voorwerp en behoud je de herinnering. Dat past heel goed bij een plek van rouw”, aldus Varró.

Nadat de schilders en andere werklieden hun werk in de aula hadden voltooid kon het vergulden beginnen. De voorbewerkte en verdiepte scheuren kwast Varró eerst in met een zelfgemaakte kunstharslijm. Na een korte tijd bevestigt hij met een droge kwast 24 karaats bladgoud, iets dikker dan standaard, op de iets ingedroogde lijmlaag. Het resultaat: een vloer die enerzijds zijn oude glorie weer toont, maar anderzijds ook de tand des tijds op een bijzondere wijze tot uitdrukking brengt.

Akoestiek

Naast de vloeren en het schilderwerk zijn er nieuwe technische installaties, een keuken en toiletten aangebracht en is de akoestiek verbeterd. In de koepel was een nagalm van vier seconden. Interieurontwerper Malou ter Horst van Het Groene Kabinet heeft de akoestiek verbeterd met wolvilten smockwerk als wandbekleding en houten bankjes gevuld met oude spijkerbroeken. En aan het plafond van de koepel hangen lichtarmaturen gemaakt van restanten meubelschuim die gecoat zijn met eiken zaagsel – ook een reststroom uit de industrie. De banken en lichtmobiel zijn uitgewerkt en uitgevoerd door Het Uitvindersgilde. Het is een mooie plek geworden om samen te komen voor een uitvaartplechtigheid.

Perfectionist

Behalve in terrazzovloeren is Varró specialist in meer materialen, waaronder natuursteen, hout, metaal en stucwerk. Via mondtotmondreclame kreeg hij zoveel opdrachten dat hij een periode medewerkers in dienst heeft genomen. “Maar voor elke medewerker die ik in dienst nam, was ik één dag per week kwijt aan instructies, acquisitie, administratie en materialeninkoop. Uiteindelijk restaureerde ik zelf bijna niets meer. Dat beviel me niet.” Ook de kwaliteit van de restauraties van zijn bedrijf ging achteruit, want zelf is hij toch dé meester. Dus nu werkt de perfectionistische vakman weer alleen. “Er is vaak veel meer mogelijk dan de meeste aannemers of restauratoren beweren. Daarom komen veel opdrachtgevers bij mij. Voor de moeilijkere klussen moet je wel veel kennis, ervaring en creativiteit bezitten. En slim zijn.”

Huis Sybold van Ravesteyn

De klus voor Kovelswade in Utrecht was in opdracht van de gemeente. Meestal werkt Varró voor particulieren of organisaties als Hendrick de Keyser Monumenten. Die vereniging zorgt voor het behoud van architectonisch of historisch waardevolle huizen en interieurs in Nederland. Van hen kreeg Varró de opdracht om het interieur te restaureren van een bijzonder huis aan de Prins Hendriklaan 112 in Utrecht. Dit huis is ontworpen door architect Sybold van Ravesteyn, die er woonde van 1933 tot 1981. Zijn zoon verkocht het pand aan Hendrick de Keyser, die het huis bouwkundig restaureerde en verhuurde, onder de voorwaarde dat de huurders het interieur zouden respecteren. Toen de huurders rond 2020 verhuisden, besloot de vereniging het interieur te laten opknappen en het huis open te stellen voor publiek. Dit was een uitgebreide en eervolle opdracht voor Varró, waarin hij zijn talenten breed kon inzetten. Zo restaureerde hij hier niet alleen de terrazzovloer in de keuken, maar ook de meubels van Avodiré triplex en multiplex met verchroomd meubelbeslag en metalen ladekasten. “Zo’n 10 procent van het meubilair moest ik geheel reconstrueren omdat het niet meer te restaureren of geheel verdwenen was.”

In zijn huis had Van Ravesteyn veel nieuwe materialen en technieken toegepast, zo heeft hij hier gekozen voor Euboölith op de vloeren. De naadloze waterdichte vloeren zijn toegepast in de badkamer, op de overloop op de verdieping en op de stootborden en de plint rond de trap. Na 90 jaar waren er op enkele plekken beschadigingen. Varró: “Euboölith is een mengsel van cement, natuursteenmeel en pigment. Je past het op bijna dezelfde wijze toe als kunstmarmer of stucmarmer van Scagliola. Je mengt de pigmenten zodanig in het deeg dat er kleuraders ontstaan die een natuurlijk effect geven.” De kleuren in het deeg zijn bij het aanbrengen veel feller van kleur dan de originele vloer. Dankzij de kennis en ervaring van Varró zijn de nieuwe vloerdelen na droging en opschuring bijna identiek aan het origineel.

Beeldhouwen in stuc

Gevraagd naar zijn mooiste project laat Varró foto’s zien van een stucwerk plafondornament met planten en kikkers in art nouveau stijl. “Dit ornament heb ik op eigen initiatief ontworpen en uitgevoerd. Ook ontwerp ik ornamenten in opdracht waarbij ik aansluit op de stijl van het gebouw. Daarnaast krijg ik ook opdrachten om stucwerk te restaureren of reconstrueren aan de hand van restanten en foto’s.” Of op basis van tekeningen; zo heeft Varró in een woning in Heemstede een plafond gedecoreerd met waterlelies en bladmotieven op basis van een ontwerptekening van architect K.P.C. de Bazel. Vooral in stucwerk kan hij zijn creativiteit als architectonisch beeldhouwer tentoonspreiden.

Blijf voorop in de bouw met de Bouwwereld nieuwsbrief

Ontvang elke week het laatste (product)nieuws, trends en ontwikkelingen over bouwtechniek in je mailbox. Sluit je aan bij 16.000 bouwprofessionals en mis niets!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.