Bij acht overheidsgebouwen zijn veiligheidsmaatregelen nodig vanwege de problematiek rondom breedplaatvloeren. Bij vier andere gebouwen wordt geadviseerd een toename van de belasting van de vloeren te vermijden. Negen andere gebouwen moeten nader beoordeeld worden. Dat blijkt uit een kamerbrief van Staatssecretaris Knops.
Code rood en oranje
In totaal heeft het Rijksvastgoedsbedrijf 103 gebouwen nader onderzocht met behulp van het stappenplan uit 2017. Uit dat onderzoek is gebleken dat acht gebouwen in de categorie ‘rood’ vallen. Dat betekent dat de vloeren een risico zijn en het gebruik van de gebouwen is beperkt. Herstelmaatregelen zijn nodig om de gebouwen weer normaal bruikbaar te maken.
Vier gebouwen vallen in de categorie ‘oranje’. Hier zijn geen directe maatregelen nodig, maar wel wordt geadviseerd om de toename van de vloerbelasting te vermijden.
Nieuw stappenplan
Van nog negen andere gebouwen is gebleken dat zij beoordeeld moeten worden volgens het nieuwe stappenplan uit 2019, dat het plan uit 2017 heeft vervangen. Het nieuwe plan is het resultaat van een vervolgonderzoek naar bestaande breedplaatvloerconstructies.
In het stappenplan uit 2017 werd de risicogroep nog beperkt tot breedplaten die gemaakt zijn van zelfverdichtend, niet opgeruwd beton. Deze beperking is in het nieuwe stappenplan komen te vervallen. Gevolg is dat vloeren met breedplaten van traditioneel beton of die zijn opgeruwd moeten worden beoordeeld.
Het Rijksvastgoedbedrijf onderzoekt momenteel op welke wijze de gebouwen hersteld gaan worden.
De volgende gebouwen hebben de categorie rood gekregen:
- Rijksverzamelkantoor Rijnstraat 8, Den Haag
- Rijksverzamelkantoor Turfmarkt 147, Den Haag
- Rechtbank Zwolle
- Hoge Raad, Den Haag
- Braam van Houckgeestkazerne, gebouw 90, Doorn
- Europol, Den Haag
- Vliegbasis Volkel, gebouwen 1000 , 1050 en 1060
- Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, Amersfoort