TNO onderzoekt in samenwerking met bedrijven hoe bestaande houten deuren kunnen worden hergebruikt en verwerkt tot nieuwe houtproducten. Een pilot smaakt naar meer en moet leiden tot opschaling.
Jaarlijks komen er 200.000 tot 300.000 houten deuren vrij uit sloopprojecten. Daarvan worden in de meeste gevallen houtsnippers gemaakt die de verbrandingsoven in gaan. “Thermisch recyclen, met een mooi woord”, zegt Jan de Jong, projectleider Hout in de Bouw bij het InnovatieCentrum Bouw van TNO in de workshop Circulair hout is goud waard, elke dag tijdens Renovatie 2018. Dat is zonde, want wat nou als die deuren de input kunnen zijn voor nieuwe houtproducten? Dat scheelt houtkap en houttranssport, althans over minder grote afstanden.
Om de mogelijkheden te onderzoeken startte TNO in 2017 een demoproject in samenwerking met bedrijven in de houtketen: de houtverwerker, timmerfabriek, deurenfabrikant, afvalverwerker en -sorteerder. “We kwamen er al snel achter dat die bedrijven elkaars taal niet spreken. Een afvalverwerker weet niet wat een kub Meranti of Merbau kost. 200 euro? Nee, 1000 tot 1500.”
Bij een timmerfabriek zijn in het eerste demoproject 20 deuren gestript, afgekort en gezaagd en verwerkt tot nieuwe houtproducten en momenteel worden bij Stichting Bouwloods 300 deuren verwerkt. Doel is op te schalen naar duizenden deuren per jaar die industrieel op enkele locaties in Nederland worden verwerkt. De uitdaging om op te scholen zit momenteel in de snelheid waarmee de deuren moeten worden ontdaan van vervuiling en de betrouwbaarheid van de metaaldetector. Die moet op hoge snelheid met een bijna 100% betrouwbaarheid de laatste nagels en spijkers kunnen detecteren.
Jan de Jong geeft de workshop nogmaals op vrijdag om 15.45 – 16.15 uur in het FAAY Renovatie Theater.